Super Flumina Babylonis (Van Nuffel)

   
 Super Flumina

Super Flumina

Rijke Religieuze Romantiek uit België

  


Jules Van Nuffel (1883-1953) componeerde Super Flumina Babylonis, zijn eerste grote psalm, in 1916, voor de oprichting van het Sint-Romboutskoor in Mechelen, dat hij bleef dirigeren tot 1949. In die periode werde de uitstraling van het Sint-Romboutskoor een stimulans voor vele Vlaamse componisten om koormuziek te schrijven.

 

Super flumina Babylonis (psalm 137) 

Jules Van Nuffel, opus 25

   
     

Super flumina Babylonis illic sedimus et flevimus,
cum recordaremur Sion.
In salicibus in medio ejus
suspendimus organa nostra:

quia illic interrogaverunt nos, qui captivos duxerunt nos,
verba cantionum;
et qui abduxerunt nos:
Hymnum cantate nobis de canticis Sion.
Quomodo cantabimus canticum Domini
in terra aliena?

Si oblitus fuero tui, Jerusalem,
oblivioni detur dextera mea.
Adhæreat lingua mea in faucibus meis,
si non meminero tui;
si non proposuero Jerusalem
in principio lætitiæ meæ.

Memor esto, Domine, filiorum Edom,
in die Jerusalem:
qui dicunt: Exinanite, exinanite
usque ad fundamentum in ea.


Filia Babylonis misera! beatus qui retribuet tibi
retributionem tuam quam retribuisti nobis.
Beatus qui tenebit,
et allidet parvulos tuos ad petram.
Super flumina Babylonis illic sedimus et flevimus.

   

Aan de rivieren van Babylon zaten wij
en we treurden en we dachten aan Sion.
Op de oever hingen we onze lier in de wilgen.


Daar eiste wie ons gevangen hield
van ons een lied ;
wie ons weggevoerd had, vroeg:
Zing voor ons een lied uit Sion.
Hoe zouden we een lied van de Heer
kunnen zingen op vreemde grond?

Mocht ik u vergeten Jeruzalem,
maak dan dat mijn hand de snaren vergeet.
Laat mijn tong aan mijn gehemelte kleven
als ik niet meer aan u denk,
mocht Jeruzalem niet langer
de bron zijn van al mijn blijdschap.

Gedenk, O Heer, de dag van de val
van Jeruzalem,
toen het volk van Edom zei:
Haal die stad neer, neer,
maak haar met de grond gelijk.

Dochter van Babylon, ongelukkige!
Zalig wie wraak zal nemen op u,
en u zal aandoen wat gij ons hebt aangedaan.
Gelukkig hij die uw kinderen grijpt
en hen op de rotsen te pletter gooit.