MaarNormaal nr. 13 artikel 9

 

 

El camino 
    de las estrellas


Pilar Galera is een volbloed Spaanse en een volbloed Madrigalist. Dat mengt goed af en het is ook een uitstekende reden om haar te vragen naar een bijdrage waarin ze ons meeneemt naar een andere exotica. Het idee voor deze tekst ontstond tijdens de heuvelwandeling in Eupen, toen ze Kaat enthousiast over haar eigen Compostelatocht vertelde. 

 



A las 5.30 de la madrugada, un peregrino se encuentra bajo la puerta de la ciudad amurallada de Saint-Jean de Pied-de-Port, último pueblo del Pirineo francés, antes de entrar en tierras españolas. Se dispone a comenzar su peregrinación a Santiago de Compostela con el ancestral ritual repetido por miles de peregrinos a lo largo durante cientos de años. Con su bastón de peregrino da dos golpes secos en el suelo y recita los versos en francés que escuchó a un viejo lugareño. La protección y la fortuna estarán de su lado en su largo Camino.

Con cada paso inseguro y vacilante al principio, el caminante deja atrás la ciudad amurallada sumida en su último sueño. Sin saberlo, el peregrino se adentra en una corriente cuya fuerza y energía cambiará su vida para siempre. Una vez en ella, sus pasos se vuelven decididos, sin posibilidad de vuelta atrás, como si fueran impulsados por un motor hasta ahora desconocido.

El cuerpo se convierte entonces en el vehículo hacia la meditación. La vida se torna sencilla, sin más necesidades y compromisos que los que necesite el organismo: comer, beber, descansar. El presente es lo real, y el futuro es el segundo siguiente que traerá una nueva colina, un nuevo compañero de camino o un gratificante descanso. El tiempo se hace tan elástico que palabras como “mañana”, “rutina”, “prisa”, “ya” carecen de sentido.

El peregrino puede entonces ver su vida anterior y verse a sí mismo, como reflejado en un espejo. Los conflictos, los prejuicios, las desconfianzas, las inseguridades, los desengaños, adquieren otra dimensión y desde la distancia, el peregrino ve cómo esa vida no podrá ser igual después de su Camino.

En cada pequeño avance, el peregrino toma conciencia de su exceso de equipaje, en la espalda y en el espíritu. El cuerpo reacciona al esfuerzo y el espíritu comienza a descubrir el mundo que se abre ante él. El paisaje ofrece al caminante innumerables maravillas obra del agua, el viento, el tiempo, la luz y la mano del hombre.

La catedral gótica asoma sus agujas por los tejados de las casas de piedra de la ciudad solemne. El caminante entra en su frescor de catedral-montaña altiva y majestuosa. Un crisol de colores se funde en la atmósfera etérea que hace flotar al peregrino en un indescriptible encaje de piedra blanca.

Los recuerdos y vivencias del peregrino se reproducen en la contemplación de una iglesia octogonal, rodeada de una galería de arcos octogonal, construcción diminuta y surgida en medio de un campo de cereal, obra de los caballeros templarios. El peregrino espera descubrir en ella la clave oculta durante siglos, que le ilumine en la búsqueda de su propio Grial. La acumulación de sensaciones abandonadas por cientos de generaciones de caminantes, revuelven el espíritu del peregrino y con un torrente violento de lágrimas, se vacía de sus tormentos. Renace. El caminante se encuentra en conexión con el mundo, con la tierra y se pregunta por qué el ser humano es capaz de lo más maravilloso y de lo más atroz.

Las leyes de la física y la química explican el funcionamiento del cuerpo. Parece irracional que la combinación de elementos químicos y sus reacciones, que son los seres humanos, haga posible que contemplar la belleza provoque en el caminante una conducta hasta entonces desconocida.

Pilar Galera

 

kathedraal van Burgos

 

De tocht der sterren

Bij dageraad staat een pelgrim onder de boog van de ommuurde stad van Saint-Jean de Pied-de-Port, het laatste dorpje in de Franse Pyreneeën voor je in Spanje aankomt. Hij maakt zich klaar om zijn pelgrimstocht naar Santiago de Compostela te beginnen met het voorvaderlijke ritueel dat door duizenden pelgrims al honderden jaren wordt herhaald. Met zijn pelgrimsstok klopt hij twee keer op de grond en spreekt de Franse verzen uit die hij van een oude dorpeling heeft geleerd. Bescherming en voorspoed zullen hem bijstaan tijdens zijn lange Camino.


Met onzekere en weifelende tred laat de pelgrim de ommuurde stad achter met haar laatste droom van de nacht. Zonder dat hij het beseft, raakt hij in een energievloed die voor altijd zijn leven zal veranderen. Eens hij in die vloed is opgenomen, wordt hij zekerder van zijn stappen. Er is nu geen mogelijkheid meer om terug te keren, alsof een hem onbekende motor zijn stappen regelt.


Zijn lichaam wordt een drager om tot meditatie te komen. Zijn leven reduceert zich tot de essentie, tot de behoeften en noden van het organisme: eten, drinken en rusten. Het heden is het reële en de toekomst is enkel maar de volgende seconde die een nieuwe hindernis zal brengen, waarin hij een nieuwe reisgezel zal ontmoeten, die hem een verkwikkende rust zal bieden. De tijd wordt elastisch en woorden als “morgen”, “routine”, “haast” en “dringend”, verliezen hun betekenis.


Op dat moment kan de pelgrim zichzelf in zijn vorig leven bekijken als in een spiegel. Geschillen, vooroordelen, wantrouwen, onzekerheden en teleurstellingen krijgen een andere dimensie. Van op een afstand ziet de pelgrim hoe zijn vroeger leven nooit meer hetzelfde zal zijn.


Met elke kleine stap wordt de pelgrim zich bewust van al zijn overdadige bagage, op zijn rug en in zijn gemoed. Zijn lichaam reageert op de inspanning en zijn gemoed ontdekt de wereld die zich voor hem opent. Het landschap biedt hem ontelbare schoonheden, gekunsteld door water, wind en tijd en door de menselijke hand.


Een gotische kathedraal laat haar torenspits zien boven de daken van de stenen huizen van de plechtige stad. De pelgrim komt in de koelte van de hooghartige en majestueuze bergkathedraal. Een smeltkroes van kleuren gaat op in de etherische atmosfeer die de pelgrim doet zweven in een onbeschrijflijk witstenen kantwerk.

Herinneringen en ervaringen vermenigvuldigen zich in het hoofd van de pelgrim wanneer hij een achthoekige Romaanse kerk aanschouwt, omringd door een achthoekige booggalerij. Het kleine kerkje, dat oprijst uit een graanveld, werd gebouwd door de Tempeliers. De pelgrim hoopt er de sleutel te vinden, sinds eeuwen verborgen, die hem helpt bij zijn zoektocht naar zijn eigen Graal. De massa gevoelens die daar door honderden generaties pelgrims werden achtergelaten, halen de geest van de pelgrim overhoop, en in een vloed van tranen kan hij zijn zorgen loslaten. Hij wordt herboren. De reiziger voelt zich verbonden met de wereld, met de aarde, en vraagt zich af hoe het mogelijk is dat de mens tegelijk in staat is tot zo iets wonderbaarlijks en tot de grootste gruwel.


De wetten van de fysica en de chemie verklaren de werking van ons lichaam. Maar het lijkt onredelijk dat de combinatie van chemische elementen en reacties, die het menselijke wezen toch is, het mogelijk maakt dat het aanschouwen van schoonheid ons tot een geheel nieuwe levenshouding inspireert.

 

 

 

Santa Maria de Eunate

 

 


© v.z.w. Gents Madrigaalkoor