MaarNormaal nr. 13 artikel 3
De weg ligt weer breed open |
|
Een schrijver staart naar zijn pen op het hagelwitte blad. Een componist hoort absolute stilte tussen de lijnen van de notenbalken. Een manager tuimelt in een zwart gat. Ouders blijven verweesd achter in het lege nest. Het Gents Madrigaalkoor organiseert een enquête over de toekomst van het koor. Na een periode van drukke activiteit valt een leegte, een onwennig aftasten van de toekomst. Het GMK genoot jarenlang van intensieve periodes van opeenvolgende hoogtepunten, de agenda liet weinig ruimte voor spontane initiatieven, concerten lagen vast voor een periode van twee jaar. Eind maart, na een intensieve voorbereiding en een schitterende uitvoering van de War Requiem van Benjamin Britten in het Concertgebouw in Brugge, keken we allen onzeker naar een kalender zonder grote engagementen. Een beetje toeval, een beetje bewuste keuze. Alvast een nieuwe ervaring. Positieve tijdsdruk tussen repetitie en opvoering is onze levenswijze, omgaan met een periode zonder concerten is onze regel niet. Schrijvers zijn eveneens journalist of columnist of teisteren het scherm als Bekende Vlaming, ze overbruggen de periode van dode letteren tot de inspiratie hen weer aan het schrijven zet. Componisten besteden meer aandacht aan hun leerlingen of spelen weer intensief piano of viool in afwachting dat de muze zich weer in de studeerkamer nestelt. Managers ontdekken het socio-culturele leven, beginnen te sporten en vinden opeens een nieuwe invulling van het beroepsleven. Ouders herbeleven hun relatie, bezoeken goede vrienden en ondernemen verre reizen tot het eerste kleinkind de huiselijke stilte breekt. Een koor kan onmogelijk tijdelijk repeteren voor een nieuw toneelstuk of trainen voor een sportwedstrijd. Zingen is het wezen zelf van een groep koorvrienden. Een periode van stilstand of leegte dwingt tot introspectie. Levensvragen naar geluk en zingeving zijn de aarzelende aanvang van een confronterende zoektocht naar de eigen identiteit en de omgeving waarin men bestaat. Gelukkig zijn kan enkel als men de uitdaging wil aangaan om in de wisselvalligheden van het leven zijn eigen ontplooiing te vinden. De mens kijkt in de spiegel, peilt naar talenten en tekortkomingen, herbeleeft gelukkige en droevige momenten, herinnert zich succes en mislukking. De worsteling kan kort en intensief zijn, de zoektocht verloopt ook moeizaam en vergt tijd. Sommigen hervatten dezelfde weg, maar met een nieuwe kijk op het bekende landschap, vaak met een aangepaste wandelstap. Anderen worden zich bewust van onontgonnen talenten, slaan nieuwe paden in en ontdekken onvermoede vergezichten. Hoe gaat een groep zoals het Gents Madrigaalkoor daarmee om? Johan Duijck is gelukkig een ervaren pedagoog die het koor met enkele retorische vragen in de juiste richting stuurt. Weken van stilzwijgende reflectie zijn uitgesloten, een doordachte reeks vragen brengt het koor onmiddellijk in beweging. De vele uitgebreide reacties getuigen van grote betrokkenheid. In dit korte moment van onzekerheid krijgen enkele basisregels meteen bevestiging in het collectieve geheugen. Wekelijkse repetities, grote trouw, aandacht voor muzikaliteit en samenklank, regelmatige uitdagingen met originele projecten, provinciale koorzangwedstrijden, cd’s met koorwerken die in de loop der tijden zijn gerijpt: ze blijven de hoekstenen van een gelukkig koorleven. Wij houden van klassiek en romantiek: het Requiem van Mozart, de Schöpfung van Haydn, Songs of Farewell (Parry), Der Stern von Bethlehem (Rheinberger), de Mis van Callaerts… Nog voor de aanhef van de eerste maat gaat er weer een warme trilling door de gelederen. Maar ook de grootmeesters van de hedendaagse muziek beroeren ons: Britten, Bartok, Kodály… En componisten van eigen bodem liggen ons na aan het hart: Vic Nees, Roland Coryn, Johan Duijck … Barok en renaissance komen momenteel niet aan bod, al dromen enkelen luidop van de uitvoering van de H-moll-Messe van Bach. Korte uitstapjes naar koorbewerkingen van hedendaagse hits zijn (voorlopig?) niet aan ons besteed. Het onderwerp presentatie of choreografie bleef onaangeroerd . In de loop van de jaren hebben we proefondervindelijk geleerd dat we het best een koor kunnen blijven van ongeveer 70 zangers. Net niet te groot om een hechte groep vrienden te blijven, om trouwe aanwezigheid te bewaken, om te werken aan klank en muzikaliteit. Ideaal ook voor de werken die we graag op het podium brengen, en met een kleine uitbreiding kunnen we tevens de meesterwerken van de 20ste eeuw aanpakken. Allemaal overwegingen… Na rijp beraad hebben dirigent en koor ervoor gekozen om verder te bouwen op de intrinsieke talenten van het Gents Madrigaalkoor. Met goede moed bewandelen we dezelfde eigen weg, met een iets tragere maar bewustere stap, en (her)ontdekken we met nieuwe aandacht de werken van Jules Van Nuffel, Joseph Callaerts, Joseph Jongen, César Franck… In maart 2006 sluiten we ons op in een studio voor de opname van een cd met romantische religieuze werken voor koor en orgel van Belgische componisten. En iemand droomt zelfs van een concertreeks in de kathedralen van ons land. De weg ligt weer breed open voor vele jaren van vriendschap en muziek.
Geert Laleman
|
© v.z.w. Gents Madrigaalkoor