MaarNormaal nr. 5 artikel 6

 

Stilte voor de Muziek



We kennen allemaal Jos Van den Borre. Alhoewel, aan welke Jos dacht u? Aan Jos de muziekleraar? de inspecteur DKO? de voorzitter? de ex-voorzitter? de aimabele man ? Of aan Jos de koordirigent ? Wel, hier komt er nog een voor uw collectie : Jos de voorvechter van een beter akoestisch milieu. We hadden hem op visite en hij vertelde honderduit. U krijgt een resumé van dat gesprek, want we geven graag een forum aan iemand met een uitgesproken mening, zeker als hij zo'n gereputeerde muzikant is.

 

Hoe ik bij die geluidsproblematiek gekomen ben? Waarschijnlijk hebben mijn muzikale activiteiten me op weg gezet, muziek maken is tenslotte geluid produceren. En misschien ben ik van nature gevoelig voor dit onderwerp dat nog altijd weinig bekend is en waarvan de problemen veel te weinig erkend worden. Het is ontstellend hoe weinig de meeste mensen geluid ervaren als een stuk van hun milieu. Van de zowat 100 niet-gouvernementele milieuverenigingen in België zijn er maar een paar die geluidsoverlast bij hun activiteiten betrekken. Uit een enquête die ik eens voerde bij duizend jongeren bleek dat slechts 2 % ook aan het akoestische dacht als onderdeel van hun leefmilieu.

In de geluidsproblematiek onderscheid ik drie domeinen: de lawaaihinder, de akoestische vervuiling en de muziekvervuiling.

 

Lawaai brengt ernstige schade toe aan uw gezondheid en aan die van anderen

Lawaai kan tot gezondheidsproblemen leiden, in de eerste plaats gehoorbeschadiging. Dat wordt nog altijd enorm onderschat, hoewel de medische bewijzen overduidelijk zijn. Wie met een drilboor werkt, aan een rotatiepers staat, slagwerk speelt in een orkest (of als fagottist vlak voor dat slagwerk zit) en daarbij niet de juiste beschermingsmiddelen gebruikt, wordt langzaamaan doof, en helaas niet eens zo langzaam. Wist je dat bij sommige luchtvaartmaatschappijen 40 % van de kandidaat-piloten afgekeurd wordt wegens gehoorverlies? Die jonge mensen zijn meestal geen muzikant of drilboorgebruiker maar worden aan gelijkaardige geluidsniveaus blootgesteld in onze maatschappij, vooral in het ontspanningscircuit. Het is onvoorstelbaar dat de overheid wel (terecht) probeert de jongeren van de sigaret en andere drugs af te helpen maar niets doet tegen die lawaaiblootstelling. Pas op, ik verwijt die jongeren niets, ze worden in de val gelokt door de commercie. We moeten dat nu maar eens beginnen te beseffen. Ik weiger T-shirts te dragen met "red de walvissen" zolang Greenpeace voor het goede doel popconcerten organiseert waarvan het geluidsvolume het gehoor van duizenden jongeren beschadigt.

 

Geluidspollutie is na roken de grootste oorzaak van hartinfarct

Behalve dover worden zijn er nog een pak andere gezondheidsproblemen die aan lawaaioverlast te wijten zijn. Stress, agressiviteit, maagzweren, hartinfarcten... De akoestische vervuiling speelt daarin een grote rol. Je kent misschien die Chinese straf die bestond uit alleen maar een voortdurend vallende waterdruppel. Daar word je heel gauw gek van.

Aan geluid en lawaai kunnen we ons nog nauwelijks onttrekken, ze zijn in onze maatschappij overal aanwezig. Dat is niet alleen het natuurlijke geluid (dat we meestal als aangenaam ervaren) en geluiden als gevolg van menselijke activiteiten (die we zo goed mogelijk proberen te beperken), maar ook de opzettelijk geproduceerde geluiden. In die laatste categorie vinden we er helaas te veel die gedomineerd worden door egoïsme, winstbejag, zelfgenoegzaamheid. Je kan geen winkel meer binnen of je moet zo nodig een muziekje ondergaan. Soms tot in de wachtkamer van het ziekenhuis toe ! Ik stel me daarbij verschillende vragen: Is dat wel nodig of nuttig? Moet het zo luid? Moet het continu? En, tenslotte: is de kwaliteit van de muziek in overeenstemming met de situatie en het doel?

 

Hear that beat

Dat brengt ons bij het derde domein, de muziekvervuiling, waarmee ik muziek van slechte kwaliteit bedoel. Ik stel vast dat het bestrijden van deze vorm van geluidsoverlast geen belangrijke ecologische prioriteit is. Integendeel, dat soort muziek is zijn marktaandeel op een agressieve manier aan het uitbreiden. Ik lijk wel tegen de bierkaai te vechten. In de plaats dat de media hun educatieve taak opnemen en een gezond akoestisch milieu promoten, zijn ze zelf akoestische vervuilers en schuldig aan smaakvervlakking op wereldschaal. Soms hoor ik, ook door goede muzikanten, zeggen dat ze sommige rock- of popgroepen wel kunnen smaken. Wel, ik heb al veel pogingen gedaan, maar ik zoek nog altijd. Misschien ben ik veeleisend, maar dat moet je zijn.

Er komt ook alsmaar meer elektronisch geproduceerde muziek i.p.v. akoestische muziek. Ik vind dat erg. Ik viseer natuurlijk niet de manier waarop hedendaagse klassieke componisten elektronische geluiden in muziekcomposities verwerken, en ook de elektronische reproductie van goede muziek via cd's is een goede zaak. Maar de vervlakkende synthesizer die een orkest vervangt, de playbacksessies die aan onze kinderen worden opgedrongen, de inspiratieloze voorgeprogrammeerde beat, ze halen de ziel uit de muziek. Elektronische muziek zal altijd minderwaardig zijn aan akoestische muziek. En dan nog. Om mensen op te voeden tot muziekbeleving moet je hun soepelheid bijbrengen, ze moeten leren werken met hun eigen adem, met hun eigen tactiele zintuigen. Leer kinderen met hun eigen stemmetjes zingen.

We denken al te gemakkelijk dat iedereen die beatmuziek prefereert. Is dat wel zo? Er wordt gezegd dat popmuziek jong is. Is dat waar? Die zgn. moderne muziek is niet modern, ze is alleen maar modemuziek. Ze wordt ons opgedrongen: 95% van de mensen kent bijna uitsluitend muziek van elektronische bronnen. En dat is een echt gevaar voor de muziekbeoefening en het muziekonderwijs, voor het voortbestaan van onze orkesten, een bedreiging voor de inspanningen van muziekpedagogen.

En tenslotte, de vloed van de uniforme muziek waarmee de grote muziekmaatschappijen alle culturen overspoelen, bedreigt in tal van landen de diversiteit en de kwaliteit van muziekgenres, de culturele eigenheid. Willen we dat echt?


Jos Van den Borre is net zeventig geworden en vermindert bij die gelegenheid zijn activiteiten. Hij kan dat op grote schaal doen, hij houdt altijd nog genoeg over. Hij is van opleiding pianist en wijdde zijn hele professionele carrière aan muziekopleiding. Hij gaf les aan academies en scholen, was directeur van de muziekacademies van Ieper en Wetteren, gaf notenleer aan het conservatorium van Gent en was inspecteur van het deeltijds kunstonderwijs. Hij was voorzitter van de Belgische afdeling van ISME, de internationale organisatie voor de promotie van het muziekonderwijs en hij is nog altijd voorzitter van het orkest van Jeugd en Muziek Oost-Vlaanderen. Bij wijze van hobby was hij koordirigent, o.m. van Cantabile van in 1960. Vorig jaar liet hij het dirigeren over aan Jan Vuye; hij zingt nu mee als bas.
Jos zet zich actief in voor een gezond akoestisch milieu. Hij werd via Gilbert De Greeve coördinator voor akoestische vervuiling in internationale fora en hield daarover lezingen, o.m. in Pretoria en aan het Deense "Ravnsborg center for Music in Europe".

 


© v.z.w. Gents Madrigaalkoor